Brussel 1938, aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. In een
groep van 7 geheimagenten bevindt zich een spion van de As-
mogendheden. Wie... > Lire la suite
Brussel 1938, aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. In een
groep van 7 geheimagenten bevindt zich een spion van de As-
mogendheden. Wie de verrader of verraadster is, blijft voorlopig
onduidelijk. Iedereen is verdacht. De leider van de spionagecel
betrekt de zoon van zijn hospita in de zaak. Die dweept met het
stripverhaal dat door een van de leden van de groep getekend wordt.
Deze strip, een vingerwijzing naar Kuifje van Hergé, loopt als een
rode draad door het verhaal en speelt een rol bij het ontmaskeren van
de infiltrant(e). Op een uiterst gestileerde wijze zijn de tekenaar
en de scenarist erin geslaagd de vooroorlogse sfeer op te roepen.